Actueel onderzoek DCMD 2024-2025
Na jarenlang onderzoek naar de oorzaak van de erfelijke aandoening DCMD is er een belangrijke mijlpaal bereikt: het gendefect onderliggend aan DCMD is met grote zekerheid gevonden! In de afgelopen decennia is het DNA van vele familieleden mét en zonder DCMD onderzocht. De onderzoekers van het Radboudumc (onder leiding van Dr. Susanne Roosing en Dr. Suzanne de Bruijn) hebben het DNA van alle familieleden vergeleken, en hebben één specifieke gen-verandering gevonden die aanwezig is bij iedereen met DCMD, en niet bij familieleden zonder DCMD.
Lees het achtergrondartikel voor meer informatie en uitleg: Een doorbraak in het onderzoek, de eindstreep is in zicht!
De DNA-afwijking die bij personen mét DCMD is gevonden in een specifiek gen, voor de eenvoud noemen we die nu Gen-X. Een deel van het Gen-X gen is verdubbeld: er zijn dus te veel DNA-bouwstenen van het Gen-X gen aanwezig. Deze verdubbeling wordt niet gevonden bij grote DNA-studies in gezonde personen. Dit is een hele belangrijke ontdekking! Maar doordat de verdubbeling van het Gen-X gen zo bijzonder is, is het momenteel nog onduidelijk wat de moleculaire gevolgen zijn van deze DNA-afwijking.
Dankzij de bijdragen van de DCMD-werkgroep is er een eerste vervolgonderzoek gefinancierd naar de moleculaire gevolgen van het defect in Gen-X. Onderzoekers hebben het Gen-X in detail onderzocht op de verschillende tussenstappen (o.a. het RNA) van een gen naar een goed werkend eiwit. De verdubbeling is op de essentiële tussenstap in dit proces ook teruggevonden; het RNA dat gemaakt wordt van het defecte Gen-X is ongeveer 100 keer zo groot vergeleken met de normale situatie. Een cruciale bevinding die ook eventuele aanknopingspunten biedt voor een mogelijke therapie in de toekomst.
In 2024 is er geïnvesteerd in speciale analysemethoden uniek ontworpen voor het gendefect in DCMD. Dankzij de DCMD-werkgroep hebben de onderzoekers contact kunnen leggen met verschillende bedrijven, en zijn er twee DCMD-specifieke werkzaamheidstesten ontworpen die de gevolgen van het gendefect in detail kunnen bestuderen en in beeld kunnen krijgen. Allereerst zijn er “RNA-vlaggetjes” ontworpen: één ‘vlaggetje’ voor het normale Gen-X RNA, en één ‘vlaggetje’ voor het verlengde RNA (gevonden in de DCMD-cellen). Hiermee kunnen we beide RNAs heel nauwkeurig kunnen zien en hun route bekijken in de door ons gebruikte celmodellen. Een hele nieuwe methode, die veel kansen biedt en hopelijk ons antwoord zal geven op de grote vraag: wat gebeurt er met het lange RNA? Waar gaat het naar toe in de cel? Welke schade richt het aan? De tweede werkzaamheidstest die ontwikkeld is, is gericht op het Gen-X eiwit dat gevormd wordt. We weten op dit moment nog niet wat er op het eiwit-niveau gebeurt en veranderd, omdat er tot nu toe geen antilichaam aanwezig was gericht tegen Gen-X. We hebben nu een antilichaam (een lichtgevend ‘eiwit-vlaggetje’) laten maken speciaal voor het Gen-X eiwit, zodat het onderzoek ook in deze richting doorgang kan vinden. Het laten maken van deze twee werkzaamheidstesten heeft veel tijd in beslag genomen (meer dan 6 maanden) maar zijn sinds kort klaar voor gebruik bij het Radboudumc. In januari 2025 is er een nieuwe onderzoeker gestart met als hoofdtaak het uitvoeren van deze werkzaamheidstesten en zo versneld nieuwe inzichten aan het licht zal brengen.
Voor dit onderzoek is geld nodig, dat de familie zelf bij elkaar moet brengen. In overleg met de Nederlandse Oogonderzoek Stichting is toch in het voorjaar van 2024 gestart met het eerste deel van dit onderzoek. De onderzoekers hopen het onderzoek eind 2025 af te ronden.
Donaties blijven nodig. Lees meer hierover op: Noodzaak van fondsenwerving.