DCMD.info Belangengroep voor DCMD-patiënten

DCMD SAMENVATTIG ONDERZOEKSVERSLAG 30-09-2018 T/M 23-02-2022

De DCMD-werkgroep, Stichting Uitzicht en diverse andere organisatie maken onderzoek mogelijk naar de genetische oorzaken van enkele netvliesaandoeningen waaronder DCMD. Hiervoor wordt ook samengewerkt met de Nederlandse Oogonderzoek Stichting. Wij ontvingen een onderzoeksverslag over de periode 30/9/2018 tot en met 17/2/2020 opgesteld door S. Roosing PhD van Radboudumc. Zij had in deze periode de leiding over het onderzoek. De conclusie is: “Het project loopt zeer goed. Er worden nog meer resultaten verwacht.” Met betrekking tot DCMD staat, kort samengevat, in het verslag het volgende. Uit eerder onderzoek was bekend dat DCMD-patiënten een afwijking hebben in een deel, ongeveer 4%, van chromosoom 7. Dit noemen we het kritische deel. In het nu lopende onderzoek is gebleken dat er binnen het kritische deel sprake is van een duplicatie (ongeveer 3500 DNA-bouwstenen zijn verdubbeld). Wat de gevolgen zijn van deze verdubbeling en wat de functie is van dit gen binnen het oog weten we helaas nog niet. Verkregen data uit netvliesachtige cellen wordt spoedig in meer detail bestudeerd. Om andere oorzaken uit te sluiten of te identificeren is de hoog innovatieve technologie Bionano optical mapping gebruikt. De hiermee gevonden afwijking wordt ook nader bekeken. Eveneens worden twee mogelijke additionele DCMD-families onderzocht op duplicaties in het kritieke gebied.

Ook over de periode van 17/2/2020 tot 8/2/2021 ontvingen wij een onderzoeksverslag. Er zijn in 2020 zeer belangrijke resultaten geboekt bij het onderzoek naar de oorzaak van RP17. Dit is een van de andere netvliesaandoeningen waarop het onderzoek zich richt. Over het ontdekken van de oorzaak van deze aandoening verschenen diverse wetenschappelijke publicaties, waaronder een “high impact publicatie”. Enkele nieuwsberichten hierover vindt u hier. In het onderzoek naar de oorzaak van DCMD werden met Bionano optical mapping en Pacbio longread sequencing geen andere potentiele oorzaken gevonden. Nu richt men zich op nieuwe RNA-analyses. Ook wordt er naar andere opties gekeken. De onderzoekers willen de einddatum van het onderzoek verplaatsen naar december 2022.

In de rapportage over de periode van 9/2/2021 tot 23/2/2022 staat onder meer: De eerder gevonden duplicatie is in het afgelopen jaar in meer detail bestudeerd met diverse onderzoeken. Het betreft een gedeeltelijke duplicatie van een bepaald gen. Helaas zijn er geen verschillen op RNA-niveau gevonden. Dit gen is betrokken in mitofagie: een proces in de cel dat beschadigde mitochondriën opruimt. We zijn momenteel bezig met het opzetten van een in vitro assay. We hopen dat we met deze assay meer te weten kunnen komen over de gen-duplicatie en de gevolgen op het mitofagie proces.
Daarnaast zijn we ook in contact gekomen met een Italiaanse onderzoeksgroep die een mogelijke tweede familie met CYMD heeft gevonden. In deze familie is ook een mogelijk gendefect gevonden in een van de genen die een rol spelen in de mitofagie pathway. Momenteel zijn we bezig met het vergelijken van onze onderzoeksresultaten en het klinisch beeld van de verschillende families om te bevestigen dat we inderdaad op hetzelfde spoor zitten

Het onderzoeksverslag over de periode 30/9/2018 tot en met 17/2/2020 vindt u hier. 

Het onderzoeksverslag over de periode van 17/2/2020 tot 8/2/2021 kunt u hier lezen. 

Het onderzoeksverslag over de periode van  9/2/2021 tot 23/2/2022 kunt u hier lezen. 

 

Belangrijk wetenschappenlijk onderzoek

Van Nicole Saksens ontvingen wij een klinisch artikel over DCMD.  Dit is inmiddels gepubliceerd in het wetenschappelijke oogheelkundig tijdschrift ‘Ophthalmology’. Het artikel is in het engels. In dit artikel wordt zeer uitvoerig beschreven wat de nieuwste wetenschappelijke inzichten met betrekking tot DCMD zijn.  Het volledige artikel kunt u lezen door hier te klikken.

 

 

 

Bij het nu lopende onderzoek naar de oorzaken van DCMD zijn de volgende persoenen betrokken:
 
Projectleiders:
Prof. dr. F.P.M. Cremers, afd. Genetica
Prof. dr. C.B. Hoyng, afd. Oogheelkunde
Dr. A.I. den Hollander, afd. Oogheelkunde & Genetica
 
Contactpersoon:
Prof. dr. C.B. Hoyng, UMC St Radboud, Afd. Oogheelkunde, 
Philips van Leijdenlaan 15, 6500HB Nijmegen

Onderzoekers:

Susanne Roosing, PhD (Postdoctoral researcher Blindness Genetics) is vanaf 1 juni 2016 speciaal aangesteld om het oorzakelijke gendefect op te sporen.

Dr. Susanne Roosing


Vanaf 2019 is Suzanne de Bruijn mede verantwoordelijk voor het onderzoek naar de oorzaak van DCMD\

 

SdB

 

Eind 2013 zijn Dr. Silvia Albert en Ricardo Sangermano aangesteld. Meer informatie over hen kunt u hieronder lezen.


 Image

Dr. Silvia Albert         sylvia albert

 

Ik ben geboren en getogen in Italië, en behaalde mij bachelor diploma in Biologie in 2005 in Milaan. In 2006 ging ik naar Duitsland en werkte aan een promotieproject waarin ik de ontwikkeling van spermatogonia stamcellen van apen bestudeerde.

Na het behalen van mijn doctoraat in 2010, heb ik een postdoctorale studie in het ‘Centre of Regenerative Medicine in Barcelona’ in Spanje gedaan. Daar heb ik ervaring opgedaan op het gebied van stamcellen en retinale cellen. Stamcellen werden verkregen van diverse patiënten en gedifferentieerd naar verschillende typen retinale cellen. Deze waren geschikt voor transplantatie in ratten- en varkensogen om te bepalen of ze in staat waren om te integreren en naar behoren te functioneren in het netvlies.

In de afdeling Genetica van het Radboud UMC in Nijmegen zal ik als postdoctoraal medewerker in de groep van prof. Frans Cremers werken aan het maken van netvlies-achtige cellen waarin erfelijke mutaties aanwezig zijn. Hiervoor wordt een nieuwe techniek gebruikt waarin huidcellen (fibroblasten) van patiënten met netvliesaandoeningen worden geherprogrammeerd naar stamcellen. Deze cellen zullen we differentiëren naar netvliescellen, waarna we op zoek gaan naar de oorzakelijke genetische defecten. Voor het herprogrammeren van fibroblasten naar stamcellen zullen we een huidbiopt nemen van patiënten met DCMD en andere erfelijke netvliesziekten.

Dhr. Riccardo Sangermano

 

 

Riccardo Sangermano2

 

Ik ben geboren en getogen in Avellino, Italië, en behaalde mijn bachelor en master diploma’s in Napels. In mijn bachelor studie analyseerde ik kandidaatgenen voor Adams-Oliver syndroom, een zeldzame ziekte gekenmerkt door congenitale afwijkingen aan de ledematen en het hoofd. In mijn master studie bestudeerde ik de moleculair genetische basis van Ménétrier-like syndroom. De ziekte van Ménétrier is zeldzaam, en kenmerkt zich door vergrootte slijmvliezen in de darmen. Ik bestudeerde een 4-generatie familie. De genetische oorzaak is vooralsnog onbekend.

In de afdeling Genetica van het Radboud UMC in Nijmegen werk ik onder leiding van prof. Frans Cremers en dr. Silvia Albert als promovendus aan het opsporen van genetische mutaties bij de ziekte van Stargardt en andere vormen van netvliesdegeneratie. Hiervoor wordt een nieuwe techniek gebruikt waarin huidcellen (fibroblasten) van patiënten met netvliesaandoeningen worden geherprogrammeerd naar stamcellen. Deze cellen zullen we differentiëren naar netvliescellen, waarna we op zoek gaan naar de oorzakelijke genetische defecten.

 

 

Op dit moment is genezing van DCMD niet mogelijk. Verwacht wordt dat dit wel het geval zal zijn als de oorzaak of oorzaken van de ziekte bekend zijn. Dit onderzoek is in 2013 gestart. Als de resultaten van dit onderzoek bekend worden, zal er meer duidelijk zijn over de manier waarop DCMD behandeld kan worden. Er zijn meerdere mogelijkheden zoals:

  1. de aandoening kan behandeld worden met een al bij een ander ziektebeeld gebruikte therapie
  2. er moet een nieuwe therapie ontwikkeld worden die voor DCMD en ook voor andere aandoeningen gebruikt kan worden
  3. er moet een nieuwe therapie ontwikkeld worden die uitsluitend voor DCMD gebruikt kan worden

De voor het onderzoek benodigde tijd en de daaraan verbonden kosten hangen natuurlijk af van welke mogelijkheid actueel wordt. Mogelijkheid 3. Is het meest tijdrovend en daardoor het meest kostbaar.

Als er nieuwe informatie beschikbaar is, kunt u deze lezen op deze website.

 

Tot nu toe is het niet mogelijk om DCMD te genezen. Wel zijn er behandelingen om de achteruitgang in gezichtsvermogen te vertragen, die bij een deel van de patiënten succes hebben. Toch worden de meeste patiënten op langere termijn zeer slechtziend. Zij kunnen alleen geholpen worden als de oorzaak van de ziekte ontdekt wordt. Dat is tot op heden niet gelukt, maar de onderzoekers van UMC St Radboud denken dat zij nu wel succes zullen hebben. De vooruitgang die de wetenschap geboekt heeft bij DNA onderzoek, biedt nieuwe kansen. Men kan nu het beschikbare DNA materiaal kopiëren waardoor het onderzoek door kan gaan zonder steeds nieuw DNA-materiaal te hoeven verzamelen. Het DNA-onderzoek kan door nieuwe technieken veel sneller en goedkoper worden gedaan. De wetenschappers van UMC St Radboud hebben een onderzoeksplan klaar om de oorzaken van DCMD op te sporen. Zij verwachten hiervoor twee tot drie jaar nodig te hebben. Meer informatie over het onderzoeksplan en de tussentijdse rapportages vindt u hier.

Het onderzoek naar de oorzaken van DCMD is in volle gang. De meest recente informatie over de stand van zaken kunt u hier lezen.

Als u wilt weten wie zich met het onderzoek bezighouden, kijk dan op de pagina "Onderzoekers"

Als de oorzaak van DCMD gevonden is, kan men gaan werken aan een onderzoek om genezing van de patiënten mogelijk te maken. Zie hiervoor “Onderzoek t.b.v. de genezing van DCMD”

Het probleem is dat al deze onderzoeken geld kosten. Door de overheid wordt voor onderzoek naar de oorzaken van deze zeldzame ziekte geen geld beschikbaar gesteld. Nergens anders ter wereld houden onderzoekers zich met DCMD bezig. Een groep patiënten wil daarom zelf fondsen werven om het onderzoek bij UMC St Radboud mogelijk te maken. Zij hopen dat met de resultaten van het onderzoek de patiënten snel geholpen kunnen worden. Iedereen die hiermee kan helpen, wordt dringend verzocht om contact op te nemen, via e-mail of post. Meer informatie hierover staat op de pagina’s over “Fondsenwerving”.